Uw advocaat voor verkeersovertredingen

Advocatenkantoor voor strafrecht in Kerpen, Keulen en Witten

Uw strafrechtadvocaat, betrouwbaar en gespecialiseerd

Uw advocaat voor verkeersovertredingen

Advocatenkantoor voor strafrecht in Kerpen, Keulen en Witten

Advocaat voor - Arbeidsrecht | Strafrecht | IT Recht | Gegevensbescherming

Een ander onderdeel van het strafrecht is het strafrechtelijke verkeersrecht. Ook hier zijn er strafrechtelijke gevolgen als men zich niet aan de voorgeschreven normen van de wetboeken houdt. Van groot belang voor het verkeersrecht zijn het verkeersreglement (StVO), het wegenverkeersreglement (StVZO), de wegenverkeerswet (StVG), het rijbewijsreglement (FEV) en het kentekenreglement (FZV). Het doel van deze wetten en verordeningen is de verkeersveiligheid te waarborgen en ernstige ongevallen te voorkomen.

Normen van strafrechtelijk verkeer in de StGB

Advocaat voor verkeersstrafrecht | Normen van verkeersstrafrecht

Enkele normen van strafrechtelijk verkeersrecht zijn opgenomen in het Wetboek van Strafrecht. Deze vallen onder de §§ 315 naar 316 StGB. Op § 315b StGB regelt het gevaarlijk hinderen van het wegverkeer. § In artikel 315c van het wetboek van strafrecht wordt het in gevaar brengen van het wegverkeer toegelicht. Bijzonder relevant kunnen zijn de § 315d StGB als het gaat om verboden races met motorvoertuigen. De motorvoertuigen die betrokken zijn bij dergelijke races kunnen volgens § 315f StGB in beslag worden genomen. Iedereen die heeft gedronken in het verkeer kan aansprakelijk zijn op grond van § 316 StGB kunnen worden vervolgd. Hieronder vallen zowel opzettelijke als onopzettelijke overtredingen. Wie bijvoorbeeld verkeersborden negeert of door rood licht de weg oversteekt, kan worden vervolgd op grond van de Wegenverkeerswet (StVO). Dit geldt ook voor nalatigheid. Strafrechtelijke aansprakelijkheid is dus al denkbaar op grond van de StGB.

In de context van het in gevaar brengen van het wegverkeer of rijden onder invloed gebeurt dit meestal met opzet. Deze overtredingen worden doorgaans zwaarder bestraft dan overtredingen door nalatigheid, omdat opzet een opzettelijke veronachtzaming van de verkeersregels inhoudt.

Advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen

De verkeersregels

Advocaat voor verkeersovertredingen | Het STVO als bepaling van het Duitse verkeersrecht

De Wegenverkeerswet (StVO) is meestal de basisregeling in het Duitse verkeersrecht. Het bevat onder meer bepalingen over de:

  • Verkeersdoorstroming en voorrangsregels

  • Inhalen

  • Snelheid en de beperkingen ervan

  • Het gebruik van de banen

  • De verlichting van motorvoertuigen

Gebruik van veiligheidsgordels enz.

Overtredingen van het StVO kunnen normaliter worden behandeld op grond van de wet op de administratieve overtredingen, maar afhankelijk van de ernst van de overtreding kunnen zij ook als een strafbaar feit worden behandeld. In de regel worden administratieve overtredingen begaan voor: Mobiel telefoongebruik achter het stuur, te hoge snelheid, onvoldoende afstand, parkeren op de verkeerde plaats, negeren van inhaalvoorschriften (inhaalverbod) of zelfs een vluchtmisdrijf waarbij een geparkeerde auto wordt beschadigd. Strafbare feiten kunnen bijvoorbeeld worden gepleegd bij: Rijden onder invloed van alcohol, drugs of medicijnen.nRijden zonder rijbewijs, hit-and-run in geval van gewonden of doden, rijden onder invloed, gevaarlijke belemmering van het wegverkeer of misbruik van kentekenplaten.

Dronkenschap in het verkeer

Advocaat voor verkeersstrafrecht | Alcohol- en drugsgebruik in verkeersstrafrecht

Alcohol- of drugsinvloeden achter het stuur spelen een van de grootste rollen in het strafrecht. Het is bij wet verboden een voertuig te besturen onder invloed van alcohol (0,5 promille) of andere bedwelmende stoffen. Overtreedt men deze voorschriften, dan kunnen boetes, rijverboden of zelfs intrekking van het rijbewijs het gevolg zijn. Verdere details worden geregeld door de § 316 StGB:

§ 316 StGB - Dronkenschap in het verkeer

(1. Hij die een voertuig in het verkeer (artikelen 315 tot en met 315 sexies) bestuurt hoewel hij als gevolg van het gebruik van alcoholhoudende drank of andere bedwelmende stoffen niet in staat is het voertuig veilig te besturen, wordt gestraft met een vrijheidsstraf van ten hoogste een jaar of met een geldboete indien het feit niet strafbaar is op grond van artikel 315 bis of artikel 315 quater.

(2) Krachtens lid 1 wordt ook een persoon die het strafbare feit uit nalatigheid pleegt, gestraft.

In het kader van de objectieve bestanddelen van de overtreding is het voldoende dat de overtreder het voertuig alleen bestuurt of niet in staat is het voertuig veilig te besturen. Voorwaarde is dat het psychofysisch vermogen van de bestuurder zodanig is aangetast dat hij niet kan voldoen aan de eisen van het verkeer. Hij is dus niet meer in staat tot adequaat en doelgericht handelen. De onbekwaamheid zelf moet zijn veroorzaakt door bedwelmende stoffen. Een verslechtering door niet-bedwelmende stoffen valt dus niet onder § 316 StGB. Er is sprake van een bedwelmende stof als deze het remmingsvermogen en de intellectuele en motorische vermogens van de bestuurder aantast. De effecten zijn dus volledig vergelijkbaar met die van alcohol.

Onder het kenmerk genieten wordt niet direct de inname via de mond verstaan. Genieten is de fysieke inname van de genoemde stoffen. In dit verband is het type consumptie niet meer relevant. Er zijn momenteel geen wetenschappelijke drempelwaarden die spreken van een vermindering van het totale prestatievermogen. In een concreet geval moeten er echter aanwijzingen zijn voor onveilig rijgedrag die meer laten zien dan ontremming.

Ook wordt onderscheid gemaakt tussen absoluut en relatief onveilig rijgedrag. De alcoholconcentratie is het belangrijkste bewijs. Het maakt niet uit hoe het effect van de alcohol zich manifesteert, maar wordt onweerlegbaar vermoed wanneer de desbetreffende grens wordt bereikt. Voor alle bestuurders van motorvoertuigen is er een grens van 1,1 promille waarbij absolute onveiligheid wordt vermoed. Bij een grens van 0,3 promille wordt echter al relatieve onveiligheid verondersteld. Bij de beschouwing van het rijden en de daarmee samenhangende rij-onveiligheid zijn verschillende aspecten van belang. 

Bij een beoordeling van de feiten spelen onder meer de volgende zaken een rol: persoonlijke omstandigheden zoals ziekte, slaperigheid, nervositeit en andere interne omstandigheden. Ook de verkeerssituatie en de weg- en weersomstandigheden spelen een rol. Een van de belangrijkste factoren bij de beoordeling moeten echter de alcoholgerelateerde opvallendheden in het gedragspatroon van de bestuurder zijn. In geval van twijfel kan in een zeer vroeg stadium worden aangenomen dat er sprake is van onveilig rijgedrag. Hoe lager de promillewaarde, hoe hoger de eisen aan het bewijs. Hoe dichter de waarde bij absoluut onveilig rijgedrag ligt, hoe lager de eisen aan het bewijs.

De bepaling van de alcoholconcentratie in het bloed

Advocaat voor verkeersovertredingen | Bepaling van de alcoholconcentratie in het bloed door analyse van het bloedmonster

De alcoholconcentratie in het bloed wordt bepaald door analyse van een bloedmonster. Dit gebeurt op minstens twee verschillende manieren om meetfouten en onnauwkeurigheden te voorkomen. Uit deze twee gemeten waarden wordt vervolgens een gemiddelde waarde berekend. Dit geldt ten minste voor de beoordeling van de absolute rij-onzekerheid. In het kader van de relatieve rij-onzekerheid kan één enkele bevinding ook als bewijs worden gebruikt. Om absolute onveiligheid bij het rijden te kunnen aantonen is de ademalcoholwaarde alleen niet voldoende. Deze heeft alleen een groot indirect effect als er verdere aanwijzingen zijn. 

De herberekening blijft echter in alle gevallen van belang. De alcoholconcentratie in het bloed ten tijde van de overtreding is en blijft bepalend voor de strafrechtelijke afweging. Aangezien het niet ongebruikelijk is dat er enige tijd verstrijkt tussen het tijdstip van de bloedafname en het tijdstip van de overtreding, moet de concentratie ten tijde van de overtreding door middel van een herberekening worden vastgesteld. Een herberekening is echter niet noodzakelijk vereist indien de grens van absoluut onveilig rijgedrag reeds is bereikt op het tijdstip van de intrekking. Op het moment van de overtreding is de concentratie logischerwijs nog steeds hoger.

Advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen

Het besturen van een voertuig

Advocaat voor verkeersovertredingen | Besturen van een voertuig en deelnemen aan verkeersfeiten

Het hangt ervan af of de overtreder deelnam aan het verkeersgebeuren of dat hij een voertuig bestuurde. Het besturen van een voertuig heeft alleen betrekking op bewegingsprocessen in het verkeer. Voorwaarde is dus dat de overtreder een voertuig alleen of althans met medeverantwoordelijkheid in beweging zet volgens de bestemming ervan en de aandrijfkrachten van het voertuig toepast.

In het kader van de voltooiing van het delict rijden onder invloed is niet vereist dat zich een concreet gevaarlijk gevolg voordoet. In dit verband volstaat het abstracte gevaar dat zich voordoet door de deelname van de onveilige bestuurder aan het openbare verkeer. Een voorwaarde voor het delict is ten minste voorwaardelijk opzet, dat bestaat bij het begin van de rit of tijdens de rit. De overtreding kan ook worden begaan door nalatigheid.

Andere belangrijke overtredingen in het verkeersrecht

Advocaat voor verkeersovertredingen | Andere relevante overtredingen in het verkeersrecht

Een van deze overtredingen is hit and run of vluchtmisdrijf. Zo moet de bestuurder bij een verkeersongeval waarbij personen gewond zijn geraakt of materiële schade is ontstaan, onmiddellijk ter plaatse stoppen en zo nodig eerste hulp verlenen. Overtreding van deze plicht kan dan worden aangemerkt als vluchtmisdrijf en leidt niet zelden tot zware straffen. Het kan gaan om boetes, punten in Flensburg of zelfs gevangenisstraf, vooral als er ernstig letsel of zelfs doden zijn gevallen.

Dwang in het wegverkeer

Advocaat voor verkeersstrafrecht | Dwang in het verkeer - § 240 StGB

Een ander punt is dwang in het wegverkeer, dat strafbaar is. In dit geval wordt door gerichte handelingen of bedreigingen geweld of dreiging met geweld gebruikt tegen andere weggebruikers. Hierdoor ontstaat een bepaalde dwangsituatie voor de gedupeerde. Het doel van de dader is dat het slachtoffer zich op een bepaalde manier gedraagt. De dwang zelf is in § 240 van de StGB gehouden.

§ 240 - Dwang

(1. Hij die iemand wederrechtelijk dwingt een handeling te verrichten, een handeling te dulden of zich van een handeling te onthouden door middel van geweld of bedreiging met een ernstig kwaad, wordt gestraft met een vrijheidsstraf van ten hoogste drie jaar of een geldboete.

[...]

Dwanghandelingen kunnen zijn: Duwen, knipperen (koplampknipperlicht) of snijden, de achterblijver afremmen, op een persoon of voertuig afrijden om te provoceren, een wegversperring opwerpen, enz. Over de grens tussen een gewone administratieve overtreding en dwang wordt vaak gediscussieerd. Als u korte tijd bumperkleeft, is dat geen dwang. Als je echter langere tijd achter de persoon voor je rijdt en ook nog eens de koplamp knipperlicht gebruikt om de ander onder druk te zetten en hem eventueel uit angst van rijstrook te laten veranderen.

Dan is er sprake van dwang. Zeker is dat het altijd van geval tot geval wordt bekeken en dat dwang niet altijd op voorhand kan worden aangenomen. Zo oordeelde het Hof van Beroep in Berlijn dat er geen sprake is van dwang wanneer een langzame bestuurder voor u op de linkerrijstrook van de snelweg hem rechts inhaalt en vervolgens vlak voor hem weer op de rijbaan komt. In dit specifieke geval was het slechts een geval van roekeloos inhalen en een administratieve overtreding. Het was waarschijnlijk niet de bedoeling de andere bestuurder af te remmen of te hinderen (AZ. 161 Ss 211/16). Wordt dit echter weer toegevoegd, dan kan er weer sprake zijn van dwang.

Rijden zonder rijbewijs

Advocaat voor verkeersstrafrecht | Rijden zonder rijbewijs volgens § 21 I StVG

Rijden zonder rijbewijs is geregeld in § 21 I van de Wegenverkeerswet (StVG).

§ 21 StVG - Rijden zonder rijbewijs

(1) Een vrijheidsstraf van ten hoogste een jaar of een geldboete wordt opgelegd aan een ieder die

1. een motorvoertuig bestuurt hoewel hij niet over het daartoe vereiste rijbewijs beschikt of het voertuig niet mag besturen krachtens artikel 44 van het wetboek van strafrecht of krachtens artikel 25 van deze wet; of

2. als houder van een motorvoertuig iemand opdracht of toestemming geeft het voertuig te besturen die niet over het vereiste rijbewijs beschikt of die op grond van artikel 44 van het Wetboek van Strafrecht of artikel 25 van deze wet het voertuig niet mag besturen. [...]

Men mag de termen in de juiste context niet door elkaar halen. Er moet bijvoorbeeld een onderscheid worden gemaakt tussen een rijbewijs en een rijbewijs. Het rijbewijs is een officiële vergunning. Het laat toe een motorvoertuig te besturen. Het rijbewijs zelf is een officieel document. Het bevestigt slechts dat er een geldig rijbewijs bestaat en dat de persoon in kwestie dat bezit. Men kan dus stellen dat het rijbewijs zelf het "certificaat" is van het bezit van het rijbewijs.

Bijgevolg moet ook een onderscheid worden gemaakt tussen een rijverbod, een intrekking van het rijbewijs en het rijden zonder rijbewijs, dat slechts een administratieve overtreding is. Rijden zonder rijbewijs is dus een strafbaar feit. De norm houdt echter niet alleen een sanctie in voor de bestuurder, maar in geval van twijfel ook voor de eigenaar van het voertuig indien hij een persoon zonder rijbewijs laat of laat rijden. 

De voertuigeigenaar is ook verplicht te controleren of de bestuurder voldoet aan de respectieve eisen voor het besturen van het motorvoertuig. Een uitzondering hierop is het rijden op privéterrein. Daar mag iedereen zonder rijbewijs het motorvoertuig besturen. Alleen bij schade wordt het moeilijk. De aansprakelijkheid wordt dan ook altijd bevestigd en een vordering op de verzekeringsmaatschappij vrijwel uitgesloten.

Als wordt vastgesteld dat iemand zonder rijbewijs buiten het privéterrein rijdt, pleegt hij een strafbaar feit krachtens § 21 van het StVG. Dit wordt bestraft met een boete van maximaal 180 dagtarieven of een gevangenisstraf van maximaal twaalf maanden. Het is niet van belang met welk voertuig de aandacht wordt getrokken. Bij een veroordeling zal de behandelend advocaat er altijd voor zorgen dat de straf onder de 90 dagkoersen blijft. Boven deze grens wordt de overtreder geacht een strafblad te hebben. Rijden zonder geldig rijbewijs is wanneer u uw rijbewijs tijdelijk moet inleveren na een overtreding, zoals een snelheidsovertreding, of door een rechtbank of instantie bent veroordeeld tot algehele intrekking van uw rijbewijs. 

Dit is meestal het geval na BTM-misbruik of rijden onder invloed. De overtreder heeft dan een verbodsperiode van zes maanden en kan vanaf dat moment een nieuw rijbewijs aanvragen. De MPU (medisch-psychologisch onderzoek) volgt echter meestal na de verbodsperiode. In plaats van een MPU kan ook een omscholingscursus het gevolg zijn. Bij recidive kunnen de straffen hoger uitvallen. Als u binnen drie jaar al eens bent betrapt, kan de politie uw voertuig in beslag nemen.

Rijden zonder rijbewijs is daarentegen niet strafbaar. Dit gebeurt soms vaker dan we denken. U vergeet het thuis, bent het kwijt of in het ergste geval raakt het zelfs kwijt. Op die momenten gaat het echter slechts om een overtreding. Als u uw rijbewijs bent vergeten, krijgt u een boete. De huidige boete bedraagt tien euro. Dezelfde boete is verschuldigd als het rijbewijs is verlopen. Let daarom altijd op de vervaldatum op het rijbewijs. Als de waarschuwingsboete niet op tijd wordt betaald, wordt het al snel een boete. Bovenop de tien euro komen dan vaak nog administratiekosten en kosten ter waarde van 28,00 euro.

Advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen, advocaat voor verkeersovertredingen in Kerpen, advocaat voor verkeersovertredingen in Witten, advocaat voor verkeersovertredingen in Keulen

Snelheidsovertreding in de verkeerswetgeving

Advocaat voor verkeersovertredingen | De snelheidsovertreding in het verkeersovertredingsrecht volgens § 3 StVO

Het meest voorkomende geval in het verkeersstrafrecht is waarschijnlijk de snelheidsovertreding. De maximaal toegestane snelheid is in Duitsland geregeld in § 3 van de Wegenverkeerswet. Deze bepaalt de bindende bovengrens voor de snelheid van voertuigen. De respectieve maximumsnelheid of maximumsnelheid in de volksmond kan worden aangegeven door verkeersborden. Snelheidsbeperkingen voor auto's, die ook zonder verkeersborden gelden, zijn:

  • 50 km/u binnen de bebouwde kom

  • 100 km/u buiten de bebouwde kom.


Op de Duitse autosnelwegen geldt geen algemene snelheidsbeperking. Met uitzondering van plaatsen waar een snelheid door verkeersborden wordt aangegeven, kunnen bestuurders dus zelf hun snelheid bepalen. Toch bestaat er in Duitsland een richtsnelheid van 130 km/u. Zoals de naam zelf al aangeeft, is dit slechts een aanbeveling. Bestuurders zijn niet verplicht zich eraan te houden. Als deze richtsnelheid echter ver wordt overschreden en er daardoor een verkeersongeval gebeurt, kan de bestuurder gedeeltelijk aansprakelijk worden gesteld.

Wie de toegestane maximumsnelheid overtreedt, moet rekening houden met boetes of dwangsommen. De hoogte van de boete hangt altijd af van de overtreding zelf en of die binnen of buiten de stad heeft plaatsgevonden. De opgelopen boete is altijd terug te vinden in de actuele boetecatalogus. De boetes variëren momenteel van 20,00 euro tot een combinatie van 800,00 euro, twee punten in Flensburg en een rijverbod van drie maanden.

Mobiele telefoon aan het stuur

Advocaat voor verkeersovertredingen | Het gebruik van de mobiele telefoon tijdens het rijden

De constante metgezel van mensen in deze tijd is en blijft de smartphone. Mensen zijn voortdurend bereikbaar en willen altijd en overal van alles op de hoogte zijn. Maar niet alleen de mobiele telefoon valt onder die regels. Niet alleen het telefoneren zelf is niet toegestaan, ook het versturen, schrijven of lezen van tekstberichten niet. Zelfs het aflezen van de tijd op een gsm is verboden als de gsm daarvoor in de hand moet worden gehouden. Als de mobiele telefoon in een houder zit, kan het wel toegestaan zijn. Voorwaarde is wel dat u zich niet laat afleiden van het wegverkeer. Dit hangt ook af van omstandigheden zoals het weer, het verkeer of het zicht.

Zodra de bestuurder de auto stopt en de motor wordt uitgeschakeld, mag de mobiele telefoon worden gebruikt. Een automatisch start-stopsysteem in de auto bij het stoplicht volstaat daarentegen niet. Het verbod geldt strikt voor alle elektronische apparaten die worden gebruikt voor communicatie, informatie of organisatie. Dit betekent dat zelfs het bedienen van een smartwatch om de pols theoretisch verboden is. 

De uitzondering lijkt te zijn bij het gebruik van de spraakbesturing en de voorleesfunctie op de smartwatch. Bij overtreding van dit voorschrift is de overtreder een boete van minimaal 100,00 euro en een punt in Flensburg verschuldigd. Als dit leidt tot gevaar of materiële schade, krijgt de overtreder ook een rijverbod, wordt de boete verhoogd en komen er meer punten bij. Mobiel bellen tijdens het fietsen kost ook € 55,00.

Het gebruik van een permanent in een auto geïnstalleerd touchscreen kan strafbaar zijn als het een "kort" moment overschrijdt. Een bekende uitspraak in dit verband was het ongeval van een Tesla-bestuurder die in de regen van de weg reed omdat hij de ruitenwisser van zijn Tesla wilde bedienen. Dit gebeurt via het in de auto geïnstalleerde touchscreen en verloopt in verschillende stappen. Het touchscreen is een elektronisch apparaat volgens § 23 I a S. 1 en 2 StVO, waarvan de bediening of het aangepaste gebruik van de ogen slechts is toegestaan als het een kort moment duurt.

Rijden zonder verzekering

Advocaat voor verkeersovertredingen | Rijden zonder verzekering

In Duitsland bestaat er een wettelijke verzekeringsdekking voor alle voertuigen die voor het wegverkeer zijn ingeschreven. Dit is de aansprakelijkheidsverzekering voor motorvoertuigen. Wie deze verzekering niet heeft en met een motorvoertuig aan het verkeer deelneemt, begaat een strafbaar feit en riskeert zelfs een vrijheidsstraf of een boete. Als een voertuig niet verzekerd is en er gebeurt een ongeval, dan is de bestuurder aansprakelijk voor de schade die hij veroorzaakt. De eigenaar van het voertuig is echter ook gedeeltelijk schuldig als hij of zij het voertuig liet rijden en wist dat er geen verzekering was. 

Ook voor motoren, scooters en bromfietsen, maar ook voor vrachtwagens en campers is een verzekering verplicht. Het wettelijke gevolg is een strafbaar feit en dit kan leiden tot een gevangenisstraf van zes maanden, de intrekking van het rijbewijs of een boete van maximaal 180 dagtarieven. In detail hangt het niet noodzakelijk af van nalatigheid of opzet.

Reglement tijdens de proeftijd

Advocaat voor verkeersovertredingen | Regeling tijdens de proeftijd inzake verkeersovertredingen

De situatie is bijzonder precair wanneer een bestuurder verkeersovertredingen begaat en nog in zijn proeftijd zit. De proeftijd bedraagt twee jaar. Overtredingen tijdens de proeftijd worden altijd bijzonder streng bestraft. In principe gelden voor bestuurders tijdens de proeftijd dezelfde regels als voor andere weggebruikers. De overtredingen zelf zijn echter onderverdeeld in A- en B- overtredingen en in administratieve overtredingen en strafrechtelijke overtredingen. 

De A-misdrijven zijn ernstige overtredingen van de StVO of de verkeerswetgeving. Het gaat bijvoorbeeld om rijden onder invloed, vluchtmisdrijf, dwang of snelheidsovertredingen van meer dan 21 km/u. Bij een dergelijke overtreding wordt de proeftijd met twee jaar verlengd en wordt het bijwonen van een remedial seminar verplicht. Indien tijdens de proeftijd opnieuw een A- of B- overtreding wordt begaan, volgt verkeerspsychologische begeleiding en wordt uiteindelijk het rijbewijs ingetrokken.

B-misdrijven zijn dus minder ernstige verkeersovertredingen. Het gaat bijvoorbeeld om rijden met versleten banden, het gebruik van een mobiele telefoon tijdens het rijden of misbruik van kentekenplaten. Enkele overtredingen leiden niet altijd tot een proeftijd. Bij een volgende B overtreding gelden dezelfde maatregelen als bij een A overtreding. Een enkele A-overtreding en twee B-overtredingen zijn dus gelijkwaardig en leiden dan tot dezelfde maatregelen. Na vier minder ernstige overtredingen wordt het rijbewijs alsnog ingetrokken.

Definitieve

Advocaat voor verkeersovertredingen | Juridisch advies & conclusie

In het geval van een verkeersovertreding is het gehele verkeersovertredingsrecht zeer complex en veelomvattend. In de meeste gevallen, behalve in het geval van een overtreding, is het raadzaam een juridisch adviseur te raadplegen om de individuele situaties nauwkeurig in te schatten en goede verweermiddelen te creëren. Door jurisprudentie ontwikkelt het verkeersovertredingsrecht zich voortdurend en deze kan per rechtbank en per staat verschillen. Een ervaren Advocaat voor verkeersovertredingen, a Advocaat voor strafrechtkan helpen om de rechten van de verdachte te beschermen, mogelijke straffen tot een minimum te beperken en in het beste geval een zeer goede verdedigingsstrategie te ontwikkelen.

Wij staan landelijk voor u klaar bij een verhoor door de politie!

Neem dan contact met ons op

+49 (0) 2273 - 40 68 504

info@kanzlei-baumfalk.de

Advocatenkantoor voor strafrecht in Kerpen, Keulen en Witten

Advocaat voor - Arbeidsrecht | Strafrecht | IT Recht | Gegevensbescherming

nl_NLNederlands